Lisanne (32) is al zes jaar gelukkig met Bob. Alles ging perfect, dacht ze. Tot Bob liet weten dat hij gruwelt van haar lijf en bij haar weggaat als ze niet snel genoeg afvalt.
‘Afgelopen weekend liepen Bob en ik samen over de markt en we kwamen langs een loempiastalletje.
Dat rook lekker. ‘Ik zou er best eentje lusten,’ zei ik, terwijl ik mijn portemonnee uit mijn tas opduikelde.
De blik die hij me toewierp – pure walging – staat nog steeds op mijn netvlies gebrand. Het gevoel dat hij me gaf, zorgde ervoor dat ik mijn hand snel weer uit mijn tas trok en doorliep.
Zonder loempia. Bob en ik zijn nu zes jaar samen en uit alles laat hij me blijken dat hij me te dik vindt.
Ik was altijd al een stevige dame, 79 kilo bij een lengte van 1,75, maar sinds we samenwonen ben ik nog dertien kilo aangekomen. Dat hem dat niet bevalt, laat hij de laatste tijd steeds duidelijker merken.
Ik leerde Bob kennen toen het nog niet zo lang uit was met mijn vorige vriend. Ik had toen zo’n verdriet – mijn ex had me verlaten voor een ander – dat ik in twee maanden zeven kilo was afgevallen en slanker was dan normaal.
Naarmate ik beter in mijn vel kwam te zitten, klommen de cijfers van de weegschaal weer omhoog. Binnen drie maanden zat ik weer op mijn normale gewicht, en dat werd alleen maar erger toen Bob en ik na een halfjaar gingen samenwonen.
Toastjes met lekkers, pizza aan huis, chips met dipsaus of uit eten: de kilo’s vlogen er net zo snel aan als mijn liefde voor Bob groeide.
Hij was en is de man van mijn dromen: grappig, romantisch en vooral betrouwbaar. Hij maakt altijd tijd voor me en de keren dat ik hem nodig had, was hij mijn rots in de branding.
Hij brengt me zelfs iedere ochtend een kop thee op bed omdat hij weet dat ik dan zo lekker wakker word.’
‘Toen we iets kregen woog ik twintig kilo minder. Nu walgt hij van mijn lijf’
Lonkende toetjes
‘Bob maakte in die eerste periode weleens opmerkingen. ‘Zou je dat nou wel doen,’ vroeg hij een keer toen ik op vakantie in Turkije wilde teruglopen naar het dessertbuffet.
Hij had eigenlijk wel gelijk: twee toetjes achter elkaar wegwerken hoeft nou ook weer niet, maar ja, als je all-inclusive hebt geboekt, is het gewoon erg verleidelijk.
Het leek wel of de chipolatapudding en chocolademousse me naar de schalen lonkten. En het was tenslotte vakantie.
Maar Bob werd langzaam maar zeker steeds minder subtiel. Eerst dacht ik nog dat hij grapjes maakte, maar toen ik doorkreeg dat hij serieus was, voelde ik me er erg ongemakkelijk bij.
Het is niet zo dat Bob bijvoorbeeld ‘pens’ zegt als hij het over mijn buik heeft, maar hij zucht wel regelmatig als ik iets eet.
Of hij zegt tijdens het snacken gewoon: ‘Nu is het wel genoeg’. Een enkele keer pakt hij gewoon de schaal af. Ik voel me dan enorm opgelaten, alsof ik geen zelfbeschikkingsrecht meer heb.
De gênantste opmerking kwam tijdens een familiefeestje. Bob presteerde het om in het restaurant hardop te zeggen: ‘Lisanne hoeft geen toetje’.
Ik kon wel door de grond zakken. Achteraf heb ik hem wel aangesproken op zijn gedrag, maar hij reageerde schutterig. Ik moest er niet zo ‘zwaar’ aan tillen, grapte hij.’
‘Hij heeft visioenen van mijn hand die graait in schalen vol snoep en kroepoek’
Lillend vlees
Maar het ergste is dat hij me laatst heeft verteld dat hij me seksueel niet meer aantrekkelijk vindt. Uit alles bleek dat hij het moeilijk vond om het onderwerp aan te snijden, maar toen we eenmaal aan het praten waren, spaarde hij me niet bepaald. Ik ben er zo van geschrokken.
Ik heb al die jaren gedacht dat we een prima s*ksleven hadden en voelde me vrij en gelukkig, ook in bed.
Daarom hakt dit er enorm in. Omdat hij verder heel lief voor me is, voelde ik me nooit geremd. Ik liep ook altijd gewoon naakt door het huis, maar sinds ons gesprek voelt alles anders.
Ik heb nu maat 44 en Bob heeft aangegeven dat maat 40 voor hem echt de max is. Hij zegt dat hij van me houdt, maar dat het oog ook wat wil.
Dat hij steeds minder zin in s*ks heeft door mijn muffintop en stevige dijen. Het was me wel opgevallen dat hij de laatste tijd de voorkeur geeft aan standje doggystyle, maar ik zocht er niets achter.
Nu hij aangaf dat hij het lillende vlees een afknapper vindt en dat ik worstenvingers krijg, keek ik toch wel met heel andere ogen naar onze laatste vakantiefoto’s waar ik stapelverliefd op zijn schoot zit. We waren die vakantie juist erg lichamelijk. Ik heb niets gemerkt van zijn afkeer.
Bob heeft letterlijk gezegd dat er vijftien kilo af moet en dat hij niet weet of hij bij me wil blijven als ik binnen een halfjaar geen tien kilo verlies.
Hij is afgeknapt op mijn lijf en op mijn slappe gedrag, legde hij uit. Hij heeft regelmatig visioenen van mijn hand die graait in schalen vol kroepoek en M&M’s, zo vaak ziet hij me snoepen.
‘Ik ben verliefd op je geworden toen je twintig kilo minder woog, en nu vind ik je lichaam afstotelijk.’ Ik kan bijna niet geloven dat hij dat gewoon zo zei.’
‘Ik begrijp nu waarom hij het liefst alleen nog maar doggystyle wil’
Koekjes op mijn heupen
‘Ik was na afloop van het gesprek zo gebroken en geschrokken dat ik meteen aan het lijnen sloeg. Dat ging twee weken goed en vervolgens was het weer mis.
En zo gaat het steeds weer: ik zit vol goede voornemens en doe een tijdje elke ochtend wat crunches en sit-ups, maar ik houd het gewoon niet langer vol dan een week, of hooguit twee.
Vaak is het ook zo dat als ik op dieet ben, Bob naast me op de bank een zak drop opentrekt of in zijn eentje een baal chips leegeet.
Dan slaat hij zijn armen om me heen en zegt hij dat hij trots op me is, terwijl ik met lange tanden een halve komkommer wegwerk.
Tegen anderen helpt het nog weleens om te zeggen dat ik een traag werkende schildklier heb, maar die truc werkt niet bij Bob. Op mijn werk – ik werk drie dagen per week als adviseuse in een tuincentrum – lukt het me prima om overdag maat te houden.
Ook in de vriendengroep houd ik me in. Het gaat pas mis als ik alleen ben of samen met Bob. Ik ben van huis uit gewend dat lekker eten hoort bij gezelligheid: gordijnen dicht, kaarsjes aan en hapjes op tafel.
Daardoor heeft Bob precies in de gaten hoeveel ik eet. Ik ben zo’n type dat maar naar een koekje hoeft te kijken en het plakt al op mijn heupen.
Sporten is niets voor mij. Ik ga op de fiets naar mijn werk, dat kost me een kwartiertje, doe lopend boodschappen en laat zeker twee keer per dag de hond uit. Dat vind ik wel genoeg. Dat gevoel van moeten, vind ik afschuwelijk.’
Afval-inspectie
‘Als ik tijdens een dieetpoging niet snel genoeg afval, duikt Bob soms in de keuken in de pedaalemmer.
Het erge is: hij vindt ook altijd wat. Een lege koekjesverpakking, een Mars-wikkel, een restje borrelnoten. Ik kan het niet laten.
Ik vind mezelf niet lelijk en bovendien vind ik dat een goede relatie niet afhangt van kilo’s. Ik ben ook niet echt dik.
Mijn BMI-percentage zit nog onder de dertig, terwijl je van obesitas spreekt bij een cijfer boven de 31.
Als hij zich nou zorgen maakt om mijn gezondheid, zou ik zijn afkeer beter kunnen begrijpen, maar het gaat hem meer om uiterlijke vertoning.
Met Doutzen Kroes kun je op een feestje komen en de bink uithangen, met mij niet. Dat is soms behoorlijk pijnlijk.
Dat het hem niet gaat om mijn welzijn, maar om hoe hij wordt beoordeeld. Die twintig kilo te veel zitten mezelf niet in de weg. Ik ben vrolijk, positief en heb humor.
Ik verzorg mezelf goed, douche vaak twee keer per dag en koop altijd leuke kleding. Daar let ik op. Geen joggingpak of witte legging met een tenttuniek eroverheen, maar mooie setjes.
Ik heb ook regelmatig sjans met andere mannen en volgens mij is dat omdat ik een lachebekje ben en vrolijk in het leven sta.
Ik zanik niet dat mijn kleding te strak zit en ik zeur niet over mijn lijf. Want dan moet je er wel iets aan doen, vind ik.
Oké, ik ben misschien wat aan de zware kant, maar ik ben absoluut geen plumpudding zoals je die weleens ziet bij afvalprogramma’s op tv of in Amerika. Ik vind mezelf prima zoals ik ben.’
‘Lisanne hoeft geen toetje,’ zei hij op het familiefeestje’
Zielepijn
‘Als Bob tijdens een leuke avond in de kroeg weer eens naar een bonestakerig hittepetitje in een veel te kort bodyconjurkje wijst en zegt: ‘Zo’n jurkje zou jou ook leuk staan als je wat afvalt,’ dan snijdt dat door mijn ziel.
Ik kan en wil helemaal niet concurreren met een twintigjarige. Die opmerkingen zorgen ervoor dat ik regelmatig een toilet in vlucht en tegen mijn tranen vecht.
Bob begrijpt mijn verdriet dan niet altijd. Voor hem is afvallen gewoon een knop omzetten. Hij beweert dat hij het juist motiverend bedoelt als hij zulke dingen zegt.
Hij biedt zelfs aan om voor mij zo’n jurkje te kopen als ik een paar kilo kwijt ben.
Hij denkt ook oprecht dat hij me helpt als hij zijn hoofd schudt op een verjaardagsfeestje wanneer ik een gebakje accepteer of een bitterbal in mijn mond stop.
Als ik zelf vind dat het de spuigaten uitloopt, wil ik er ook heus wat aan doen. Voor nu betekent het dat ik mezelf dan wel kan accepteren, maar dat ik Bob kwijtraak als ik me niet houd aan zijn ultimatum van tien kilo binnen een halfjaar.
Dat maakt me bijna gek van woede en verdriet tegelijkertijd. Ik hou van hem, maar hij dus niet van mij zoals ik nu ben.
En wat als we ooit aan kinderen beginnen? Dan heb ik levenslang. Iedereen weet dat een buikje na een bevalling vaak lastig weg te krijgen is, en dat lukt me nu al niet.
Het maakt me soms misselijk van twijfel. Telkens als hij me zuchtend en zoals afgelopen weekend vol afkeer bekijkt, of als hij met me vrijt, weet ik nu wat hij echt van me vindt.
Dan ga ik dood vanbinnen en voel ik me een ongelooflijke sukkel. Een beetje omdat ik zo’n slapjanus ben, maar meer omdat ik hem nog steeds dezelfde geweldige vent vind.’