De vrouw van Somalische afkomst was eind oktober in het ziekenhuis bevallen van haar dochter. Een dag later ging het in het AZC in Nijmegen helemaal fout.
ARNHEM – Voor de rechtbank in Arnhem is tegen een 32-jarige moeder van drie kinderen dinsdagmiddag zes jaar cel geëist. De vrouw wordt ervan verdacht haar één dag oude dochter van het leven te hebben beroofd. Het OM denkt dat de vrouw de baby met opzet heeft laten verdrinken.
De vrouw van Somalische afkomst was eind oktober in het ziekenhuis bevallen van haar dochter. Een dag later ging het in het AZC in Nijmegen helemaal fout, meldt mediapartner Omroep Gelderland. “Wat doe je nu”, riep de kraamverzorgster toen ze de kamer van de moeder betrad. Zij en een stagiair zagen de moeder met de rug naar de baby zitten. Het kind lag met het gezichtje naar beneden in bad. “Ze deed geen enkele moeite om haar kindje te helpen”, aldus de kraamverzorgster.
‘Bloed liep uit mondje baby’
De kraamhulpen maakten melding van de zaak bij de receptie van het AZC. Later waarschuwde de moeder een medewerker van het AZC dat het niet goed ging met haar baby. De toegesnelde politie probeerde het kind met mond op mond beademing nog te redden.
De baby had grote ogen, haar gezicht zag paars en haar borstkast was naar binnen gedrukt. Het kindje snakte naar lucht, verklaren getuigen. Uit haar mondje liep water vermengd met bloed. Het OM denkt dat de vrouw de baby met opzet heeft laten verdrinken.
‘Ik verzorgde mijn baby’
De moeder ontkent haar dochter verdronken te hebben. Volgens haar is het in Somalië heel normaal om je kind te wassen als je thuiskomt na de bevalling. “Ik heb drie keer een kind gekregen”, aldus de moeder “Er zijn bepaalde stappen te nemen om een baby te verzorgen. Eerst een bad geven, daarna in doeken wikkelen. Hier is dat anders, maar ik was mijn baby aan het verzorgen.”
De vrouw vertelde ook dat ze haar baby op advies van haar moeder in Somalië in bad deed, omdat het niet wilde drinken. “Ik heb mijn moeder gebeld en die zei dat als een baby niet in staat is melk te drinken, dat je haar dan in bad moet doen.”
“Heeft u de baby losgelaten in het badje?”, vroeg de rechter de moeder. “Nee, ik deed zoals ik altijd in Somalië deed. Haar hoofdje hield ik vast. Daarnaast had ik een emmer water. Met een kommetje gooide ik water op haar lichaam. Met mijn andere hand heb ik haar hoofdje schoongemaakt.” “Waren neusje en mondje boven water?”, vroeg de rechter. “Haar hoofd en gezicht waren boven water”, zei de vrouw.
Dood door verdrinking
Maar uit diverse onderzoeken is gebleken dat de baby overleden is door verdrinking. Het UMC Maastricht zegt dat de baby is overleden door afwijkingen aan de hersenen die passen bij zuurstofgebrek. En dat gebrek is ontstaan toen het kind nog leefde. Het NFI zegt dat het overlijden van de baby verklaard kan worden door verdrinking met uitgesteld overlijden. Een andere doodsoorzaak is volgens het NFI niet gebleken.
De vrouw is volledig toerekeningsvatbaar verklaard. De advocaat van de verdachte zegt dat er sprake is van tunnelvisie bij het onderzoek naar de moeder. “In haar land is geen gratis kraamzorg. Dat leidt tot achterdocht. Dan is het makkelijk om te zeggen: je hebt niet gehandeld naar Nederlandse kraamzorg.”
De advocaat zegt dat bovendien dat er uit reconstructie is gebleken dat er te weinig water in het badje was om te kunnen verdrinken. Iets dat het OM met klem bestrijdt. De advocaat zegt dat de getuigen uit schrik of uit shock de situatie verkeerd geïnterpreteerd hebben en dat de waarnemingen eenvoudigweg niet kloppen. “Ik verzoek u mijn cliënte geheel vrij te spreken.”
‘Ik voel me heel zwaar’
De moeder vroeg asiel in Nederland aan omdat haar man en vader bij een aanslag in Somalië om het leven zijn gekomen. Ze heeft vanwege taalproblemen geen enkel contact in de penitentiaire inrichting waarin ze verblijft sinds de dood van haar dochter. Ze heeft paniekaanvallen.
“Ik voel mij heel zwaar daar”, zei de verdachte tegen de rechter. “Moeder is er niet. Mijn kinderen niet.” Het contact met mijn familie is moeilijk vanwege de hoge telefoonkosten. “Ik kan hooguit één minuut praten met mijn moeder. Verder dan hoe gaat het met jou, komt het niet”, huilt ze. “Ik heb geen intentie gehad mijn kind te doden. Het was een gewenst kind, zoals mijn andere kinderen.”
De rechtbank doet over twee weken uitspraak.